dinsdag 22 oktober 2013

Schoolreisjeswaanzin


Schoolreisjeswaanzin

Prachtig is dat, van die uitwisselingsprogramma's voor de Europese middelbare scholieren.
En vreselijk nuttig ook.
Alleen is het de vraag voor wie het nuttig is en wat er concreet gedaan gaat worden met al die meetbaar bereikte nuttigheid.
En, naast positief nut hebben de reisjes ook een negatief effect. Of, nou ja, negatief effect mogen we natuurlijk niet zeggen. Want we zijn natuurlijk allemaal blij en gelukkig met elkaar als een grote Europese familie.

Maar is dit allemaal wel zo?

Al in de jaren 50 van de vorige eeuw waren er schoolreisjes. Het doel daarvan was vrij helder:
Stadskinderen werden in aanraking gebracht met de natuur en het andere doel was kinderen uit armere gezinnen ook een uitstapje te laten maken naar plekken waar het gezin normaal niet genoeg geld voor had.
Inmiddels zijn we een heel eind verder. Stadskinderen weten nu helemaal niet meer dat de vla uit de koe komt en met 400.000 kinderen die op moeten groeien in armoede is het hek natuurlijk ook aardig van de dam.
Toch worden de bovenstaande doelen voor schoolreisjes nog maar zelden genoemd.

Nee, het gaat nu allemaal om de gezelligheid, de zogenaamde sociale en emotionele vorming, die kinderen blijkbaar nergens zo goed kunnen opdoen als tijdens een schoolreisje. En daarom mag een reisje nu ook gewoon leuk zijn. Vervolgens breken leerkrachten zich het hoofd om iedere keer weer iets bijzonders te verzinnen. Een dagje hei is tenslotte levensgevaarlijk met al die kronkelende slangen daar. Nee, pretparken en semi-educatieve centra als Nemo zijn nu helemaal hot.

Maar het kan allemaal nog veel hotter. De scholen van het voorgezet onderwijs weten van gekkigheid niet wat ze moeten doen om nieuwe leerlingen binnen te slepen. Rome? Barcelona? Duitsland? Polen? Londen? Het kan allemaal en het is vreselijk nuttig. Vooral omdat we nu lid van 1 groot Europa zijn en niks zo nuttig is als het kennismaken met dat grote Europa.
Dat Europa gewoon om de hoek ligt, wil niemand weten. Maar in Hoogeveen wonen Polen, Bulgaren, Roemenen, Italianen en allerlei andere mensen, met allerhande culturen, die we zelfs nog nooit gesproken hebben. Sterker nog: Polen zijn pas cool wanneer we er op een duurbetaalde schoolreis heen gaan. Italianen zijn pas boeiend als we eerst een dag in de bus hebben geboemeld.
Europa gaat het helemaal worden.
En dat niet alleen: de reisjes door Europa zijn onontbeerlijk voor de vorming van de Hoogeveense jongere. In het persbericht over de Drentse docenten die naar Italie vertrekken http://www.regiohoogeveen.nl/news/26010/Drentse-docenten-naar-Italie.html wordt zelfs gesteld dat in de 14 dagen dat de uitgewisselde jongeren met elkaar in aanraking zijn geweest, ze hun zelfvertrouwen en sociale vaardigheden zo hebben ontwikkeld dat ze daar in hun latere loopbaan nog veel aan zullen hebben...... Gelooft u het?
En hoe zit het dan met de kinderen die niet mee gaan?
Zijn en blijven dat zielige stumpers?
Is het verre Europa alleen maar te bereiken voor kinderen van wie de ouders over voldoende geld beschikken? Of sluiten we arme kinderen willens en wetens uit?

Heel mooi allemaal, maar het moet natuurlijk wel allemaal betaald worden. Met name nu de inkomens van ouders met opgroeiende kinderen meer en meer onder druk komen te staan, is het de vraag of het nog verantwoord is een groot gat in het gezinsbudget te slaan voor iets wat ondanks de verplicht te schrijven “reflecties” natuurlijk alleen maar een gezellig uitje is.
Uit een onderzoek van Een Vandaag is gebleken dat maar liefst driekwart van de ouders (78%) druk ervaart om de portemonnee te trekken voor schooluitjes. De vrijwillige financiële bijdrage voor excursies, kampen en reisjes zien zij als een verplichting, omdat hun kind anders niet mee mag.
De helft (46%) van de ondervraagde ouders heeft wel eens tegen hun zin in betaald voor een schooluitje, om te voorkomen dat hun kind buiten de boot viel; één op de acht heeft wel eens geweigerd te betalen. Een kwart (25%) van de ouders uit het onderzoek betaalt dit schooljaar meer dan 200 euro per kind voor door school georganiseerde tripjes.
Afgezien van de leut is het rendement nauwelijks meetbaar. Van degenen die wel eens op zo’n buitenlandtrip gingen vond slechts de helft (52%) dit echt leerzaam; de rest stak er niets of slechts een beetje van op. 

Ondanks het feit dat de werkloosheid in Hoogeveen zo rond de 15% ligt en er zelfs wijken zijn waar maar liefst bijna 20% van de beroepsbevolking onvrijwillig thuis zit, lijkt het alsof de crisis nog steeds maar niet tot de onderwijshoofden wil doordringen. Het onderwijs trekt zich weinig aan van de afgenomen financiële draagkracht van ouders.
Ouders laten ze krom liggen voor de vrijwillige ouderbijdrage.
Het mooie van die bijdrage is echter dat die volgens een code van de Vereniging Openbaar Onderwijs ook echt vrijwillig is en niet tot uitsluiting mag leiden. Kijk, dat schept perspectieven.
Nog interessanter wordt het als we naar de leerplichtwet kijken. Leerplichtwet

Een schoolreisje waarvoor je als ouder financieel moet bijdragen kan nooit verplicht zijn. En zodra een schoolreisje educatief is dan mag de school deelname wel verplichten, maar er geen bijdrage voor vragen! Nu veel scholen zich zo op de borst slaan wegens het educatief gehalte van hun reisjes zouden dus alle uitwisselingen gratis horen te zijn.
Of niet dan?

En, natuurlijk, leuke dingen doen met school moet natuurlijk nooit verboden worden. Daar gaat het niet om. Maar er horen geen kinderen te worden uitgesloten. Het kan dan ook prima op de Dwingelse heide of op de Falieberg of tijdens een barbecue met disco na.

zaterdag 19 oktober 2013

En zie, er kwam een licht uit het oosten....


In het begin was de Weide woest en ledig. Een enkele koe liep er rond een enkel schaap blaatte. De wind ruiste door het riet en zie, het was goed.
Maar Hoogeveen rukte op in de vaart der natiën, er kwamen huizen, hofjes , doorsteekjes, fietspaden een winkelcentrum en natuurlijk licht, veel straatlantaarns want de nieuwe Weide mocht gezien worden, het was best aardig.

En toen, op een dag kwam er een wethouder uit het oosten en zie, hij zag en dacht: dit is niet goed meer. Dit kan beter. Deze wijk staat veel teveel in het licht en zoiets is niet alleen niet duurzaam maar vooral erg duur. Het licht moet uit. En daarom sturen we alle brave burgers van de Weide een folder met daarop de slogan: Mag het licht aan?
Kijk...... dat zijn dan van die momenten waarbij bij de gemiddelde burger iets van kortsluiting ontstaat. Moet het licht nou aan of uit?
En waar moet het aan?
Moet het licht aan voor de mensen voor wie het het meest onveilig is in de donkere nacht?
Nee hoor.... de doorgaande wegen worden mooi verlicht voor langsscheurende auto's want ja, automobilisten voelen zich natuurlijk erg onveilig 's nachts, in hun lekker verwarmde bolides. Of zou dat wel wat mee vallen?
Neeeee, dan oma Jantje. Die durft straks haar hond niet meer uit te laten. Ze ziet geen hand meer voor ogen laat staan dat ze de weg terug kan vinden zonder haar benen in het donker te breken.
Neeeeee het komt allemaal goed. Ook het jongerenprobleem is in de Weide met deze geweldige maatregel zo opgelost. Hoeveel beschonken jongeren zullen ooit de weg terug naar huis kunnen vinden in de lege donkerte van de woeste Weide? Inderdaad een perfect plan. Dit soort wethouders hadden we eerder moeten hebben!

Maar goed, alle inwoners van de Weide kregen de uitnodiging voor een bijeenkomst over de verlichting. Opa Benjamins was er ook. Hij had gedacht dat de gemeente een flinke zaal had afgehuurd voor de hele bevolking van de Weide maar nee hoor.... de Arena was bepaald niet afgehuurd. Blijkbaar had de wethouder de opkomst goed ingeschat. Naast opa Benjamins waren er vooral bestuurders aanwezig en een paar Weidenaren.
Opa Benjamins voerde het hoogste woord over geween en tandengeknars in de Pulle, Heer Benengreep deed zijn beklag over de oerstaat waarin zijn buurt 's nachts teruggebracht zou worden, Pieter Jansen was blij dat er met dit plan weer ruim baan werd gegeven aan ondernemers. Ondernemers van de nacht, weliswaar, maar oma Jantje is er nu van verzekerd dat ze achter ieder bosje ongezien een portie drugs kan scoren. Een fijn VVD-verdienmodelletje, zeg maar.

Nou ja, de gemiddelde Weidenaar gelooft het allemaal wel. Of eigenlijk gelooft geen enkele Weidenaar dat zijn of haar mening ook maar iets in de melk te brokkelen heeft. Misschien hebben ze ook helemaal geen zin om met het mes dwars in de bek hun eigen lantaarn te verdedigen tegen de paal van de buurman. De Weide wenst geen nieuw Fluitenberg te zijn waar de relaties ernstig verziekt zijn na een zogenaamde inspraakronde van de bevolking.

Boze stemmen vertellen dat er inmiddels in de Weide een coöperatie op is gericht. In het kader van de participatiesamenleving trekt de boze burger de macht naar zich toe. Hoezo democratie? Een licht dat ben je zelf! De inkoopcooperatie Licht der Weide heeft als doelstelling voor zo weinig mogelijk geld ieder huis te voorzien van een privepaal compleet met zonnepaneel, want dat schijnt iets van win win te zijn. De palen worden met het oog op de Nederlandse identiteit geleverd met rood wit of blauw licht eventueel te voorzien van een oranje strik voor de broodnodige hoogtepunten.
Jaaaa, het daagt nu in het westen, het licht schijnt overal.
Palen is een feestje.

dinsdag 1 oktober 2013

Magnooitmeergebeuren.


Dat een wethouder pal staat voor zijn mensen, staat hem te prijzen.
Dat hij dit ook doet wanneer er terechte kritiek wordt geuit op de organisatie waar hij verantwoordelijk is, en, sterker nog, beschuldigt van laakbaar gedrag, tja, dan wordt het anders.

Margien mag in dezen u nog herinneren aan de boze en niet to the point zijnde reactie van wethouder Smid op haar Thuiszorg column: http://margiendestemuitdemarge.blogspot.nl/2013/07/reactie-wethouder-smid-en-reactie.html

Wat Margien hier in deze column heeft aangegeven, is, voorzover ze weet nog steeds niet opgelost. De website is nog steeds niet duidelijk en overzichtelijk en ondanks de prachtige kwaliteitsnormen van de gemeente Hoogeveen kunnen kwetsbare zieken en ouderen, zonder dat ze het weten, iemand in huis krijgen met een strafblad. Zoiets moeten we niet willen. Natuurlijk, ex-gedetineerden verdienen een kans. Maar daarover moet dan wel met de betrokken cliënt open over worden gecommuniceerd.

Vervolgens is er kritiek door het programma Kanniewaarzijn op de uitvoering van de WMO. De wethouder springt werderom fors in de bres. Dit keer voor een vermoedelijk behoorlijk falende ambtenaar.
In plaats van dat hij iets zegt in de trant van: iedere klacht is voor ons een gratis advies, blaast hij wederom onterecht, hoog van de toren. Hij stelt in het DvhN dat alles volledig uit de duim is gezogen en dat de redactie van Kanniewaarzijn én de gemeente én de betrokken ambtenaar in een kwaad licht wil stellen.
Bij het lezen van zulke forse taal denkt Margien: heeft de wethouder geen voorlichter? Iemand die hem kan beschermen tegen dit soort uitspraken? Waar zijn ze? Als ze dit al niet kunnen tackelen, waar hebben we die afdeling dan voor?

De vraag is nu hoe het verder moet. Kunnen en willen we een betrokken wethouder laten vallen?
Door boos worden en met beschuldigende vingers te gaan wijzen naar brengers van vervelende boodschappen worden de problemen niet echt effectief opgelost.
Misschien is het een idee medewerkers die structureel geen maatwerk wensen te leveren een tijdje te laten schoffelen? Van schoffelen schijnt een wonderbare werking uit te gaan....
Of moet er qua communicatie en het leveren van maatwerk veel verbeteren?
Maatwerk kost wat, maar het levert ook veel op.
Iedere burger bij Kanniewaar zijn is er één teveel.
Ze zoeken hun heil daar niet voor de gezelligheid.

De gemeente moet beleid maken van maatwerk en het niet laten aankomen op bezwaarprocedures die mensen aanspannen nadat er geen maatwerk is geleverd.
Het verhaal van Kanniewaarzijn staat niet op zichzelf. Was het maar zo.
RegioHoogeveen wordt constant overspoeld met verhalen over misstanden in de uitvoering van de WWB. RadioHoogeveen kan wel iedere week de volle zendtijd spenderen aan WWB en WMO klachten en dan nog verbetert er niks aan de bejegening van mensen.
Een dieptrieste zaak.
Het gaat bij de WMO en Bijstand namelijk niet om het meest weerbare deel van onze samenleving.
Het gaat om zieke, vaak laag opgeleide en kwetsbare mensen. Zij verdienen alle zorg. Het ontbeert hen vaak aan lichamelijke en geestelijke weerbaarheid. Ze klimmen niet gauw in de pen en komen niet snel voor hun rechten op.
De gemeente moet juist voor hen een vangnet zijn en niet deze mensen door dat vangnet laten vallen door de wet op zijn aller stringentst toe te passen.
Menselijkheid als maatgever binnen de ruimte die de wet geeft.
Dat kan best.
En Kanniewaarzijn?
Magnooitmeergebeuren.